31 Maart 1894.
79
De voorzitter vraagt den heer Van Hal, of deze zijne
benoeming aanneemt.
Na een bevestigend antwoord ontvangen te hebben,
wenscht de voorzitter den benoemde in enkele woorden
geluk met zijne benoeming.
4. Missive van den heer J. J. Nelissen, dato 17 Maart
1894, daarbij kennisgevendedat hij, wegens gezondheids
redenen, zich verplicht acht ontslag te nemen als wet
houder dezer gemeente.
De voorzitter betreurt het verlies van den heer Nelissen
als wethouder, doch hoopt, dat de gezondheidskuur welke
hij zal ondergaan, zoodanige gevolgen zal hebben, dat
die hem geheel hersteld alhier zal terugbrengen.
5. Benoeming van een wethouder in de plaats van den
heer J. J. Nelissen.
Wordt overgegaan tot stemming.
Er worden uitgebracht 18 stemmen, waarvan verkrijgen
de heeren:
K. G. Oukoop 10,
H. A. Sassen 5,
Mr. A. Reigersman 1,
J. A. J. W. van Hal 1,
terwijl één stembriefje in blanco is ingeleverd,
zoodat met volstrekte meerderheid van. stem
men de heer K. G. Oukoop tot wethouder
dezer gemeente benoemd is.
De voorzitter verzoekt den heer Oukoop zich te willen
verklaren, of de benoeming door hem wordt aange
nomen.