102
2 April 1895.
De heer Reigersman moet doen opmerken dat het
resultaat van de H. B. 8. wel wat hoog wordt opgegeven
want men moet niet vergeten, dat zelfs maar weinig
leerlingen het brengen tot de vierde klasse; zij blijven
hokken onderweg. Verleden jaar zijn 28 leerlingen op
de school gekomen en 2 hebben eindexamen gedaan. Dan
kan men zeggenZe hebben allemaal met succès eind
examen gedaan, maar het zijn er toch maar twee.
De voorzitter zegt, dat er dit jaar 7 leerlingen in de
hoogste klasse zijn en die klasse overal het minst bezet is.
Voor velen is de 3de klasse eenvoudig de eindpaal. De 4fle
en 5de klassen strekken meer voor hen, die later voor
ingenieur of dergelijke vakken willen studeeren.
Vervolgens vraagt de voorzitterof nog iemand der
leden het woord verlangt.
Dit niet het geval zijndebrengt de voorzitter het voor
stel van den heer Reigersman zoover het eerste ge
deelte betreft, in stemming, waarvan de uitslag is, dat
het wordt aangenomen met 9 tegen 8 stemmen.
Vóór waren de heeren Reigersman, Teychiné, Rom-
r.ouTS, Oukoop, Van Aken, Vreede, Scheltus, Matiion
en Versciiraage.
Tegen de heeren: Van Dongen, Van Hal, Ingen-Housz,
Heijlaerts, Van Dam, Sassen, Lijdsman en de voor
zitter.
Door den voorzitter wordt alsnu de openbare verga-
dering geschorst, welke daarop overgaat in eene met
gesloten deuren.
Na heropening der deuren, wordt de openbare verga
dering voortgezet.
De heer Reigersman, het woord gevraagd en ver
kregen hebbende, zegt, dat naar aanleiding van de in
de besloten zitting gevoerde discussiën en de daarbij door