10
5 Januari 1895.
heeft, dan ook vreemd schijnen. Spreker raadt burge
meester en wethouders aan zich over de voordracht niet
uit te laten.
De heer Scheltus zegt, dat ook hij zich met de ziens
wijze van den heer Van Dam kan vereenigen. Enkel was
door hem aan burgemeester en wethouders om eene kleine
inlichting gevraagden hadden dezen geantwoordwat
de heer Van Dam gezegd heeftdan had spreker zich
daarmede kunnen tevreden stellen.
Daarop wordt overgegaan tot stemming.
Er worden uitgebracht 18 stemmen, waarvan verkrijgen
mej. S. M. Bellaart 9, mej. C. W. I. M. Smeulders 8,
en mej. H. J. C. E. Bax 4.
Dewijl niemand der candidaten de volstrekte meerderheid
van stemmen verkregen heeft, wordt overgegaan tot eene
nieuwe vrije stemming.
Er worden uitgebracht 18 stemmen, waarvan verkrijgen
mej. C. W. 1. M. Smeulders 9, mej. S. M. Bellaart 8,
en. mej. H. J. C. E. Bax 1.
Ook bij deze stemming niemand de volstrekte meerder
heid verkregen hebbende, wordt de stemming bepaald tot
de 2 personen, die bij de tweede stemming de meeste
stemmen hebben verworven.
Er worden uitgebracht 18 stemmen, waarvan verkrijgen
mej. C W. I. M. Smeulders 9, en mej. S. M. Bellaart
eveneens 9.
Alsnu wordt de benoeming door het lot beslist.
De voorzitter doet in eene bus twee briefjes, bevattende
het een den naam van mej. C. W. I. M. Smeulders, en
het andere den naam van mej. S. M. Bellaart schudt
die briefjes door elkanderwaarna door den heer Van
Aken één briefje getrokken wordt, dat blijkt den naam
te bevatten van mej. C. W. I. M Smeulders, zoodat
deze benoemd is tot onderwijzeres aan de eerste openbare