112
2 April 1895.
De voorzitter stelt voor, den bedoelden staat
later te stellen in handen van de te benoemen
commissie tot onderzoek der gemeente-rekening
dienst 1894, waartoe besloten wordt.
21. Missive van de commissie van bestuur van het
pensioenfonds voor de gemeente-ambtenaren en bedienden
te Breda, dato 26 Maart 1895, n°. 43daarbij aanbiedende
de rekening en verantwoording van de ontvangsten en
uitgaven over het jaar 1894.
De voorzitter stelt voor eene commissie van drie leden
te benoemen tot onderzoek dezer rekening.
De Raad verzoekt den voorzitter drie leden te willen
aanwijzen.
Daarop worden door den voorzitter gekozen
de heeren A. J. A. Versciiraage, J. A. J. W.
van Hal en H, A. Sassen, welke heeren de op
hen uitgebrachte keuze zich laten welgevallen.
B. Verslagen.
1. Door den heer Sassen worden, namens de bouw
commissie, de beide volgende verslagen uitgebracht:
A. Bij missive van 18 Februari en 4 Maart 1895,
«werden in handen der bouwcommissie gesteldter fine
»van bericht en raad, de plannen met begrooting van het
y>bouwen van een opzichterswoning in het Valkenberg, en tot
i>het maken van vier openbare waterplaatsen.
»Uwe commissie heeft de eer te rapporteeren, dat wat
»de opzichterswoning betreft, bereids eenige kleine wijzi-
rgingen van ondergeschikt belang, in overleg met burge
rmeester en wethouders zijn aangebracht, en dat het
plan tot daarstelling van vier urinoirs tot geene beden-
rkingen heeft aanleiding gegeven.
Alleen veroorlooft zich de commissie bij deze op te
merken, dat het haar wenschelijk voorkomt, de urinoirs
rzooveel mogelijk in het gezicht en binnen het onmid-
