146 20 April 1895. De heer Rombouts zegt dat het voorstel van den heer Reigersman het toekomst-idée in zich bevat, te weten hetzelfde idee, dat aan het voorstel van burgemeester en wethouders ten grondslag ligt. De tijd, om dat idee toe te passen, acht spreker niet gekomen. Pressie is uitge oefend om het gymnasium in een beter gebouw over te brengen en daartoe kan tijdelijk het oud-gerechtsgebouw na verbetering, in gebruik gesteld worden, waardoor het behoud der subsidie verzekerd is. Moge nu dat gebouw ook al niet aan al de eischen beantwoorden, in elk geval is het zeker, dat eene betere verdeeling van klassen kan plaats hebben. Spreker zal stemmen vóór het voorstel van burgemeester en wethouders en zulks in den zin, gelijk spreker bedoeld voorstel reeds heeft doen kennen. De overbrenging van het gymnasium naar het besproken gebouw, dat heelemaal in orde zal worden gebracht, is slechts van tijdelijken duur. De voorzitterde geschiedenis van het onderwerp recapi- tuleerende, zegt, dat de verplaatsing van het gymnasium niet in den zin, zooals thans, ter sprake zou gekomen zijn, wan neer het oud-gerechtsgebouw niet ongebruikt was geraakt. Daarbij stond het betrachten van zuinigheid op den voor grond, in afwachting van latere regelingen. De bevolking der gemeente zegt spreker neemt gaandeweg toe. Waarschijnlijk zal die omstreeks 1900 30.000 zielen be- loopen. En moet nu voor een park, als Breda heeft, zulk een toegang blijven bestaan? In Brussel b. v. ziet men de parken open liggen en hier is het nagenoeg geheel bedekt. Kon spreker vrij zijne gedachten openbaren dan zou hij wel als zijn wensch willen doen kennen, dat de huizen van de heeren Janssen enFoNKERT werden aangekocht, om het Val kenberg in het volle gezicht te stellen. Daarom lacht spreker het voorstel van den heer Reigersman wel toe, dat is om het gymnasium te laten waar het is, het oud-gerechthof niet te verkoopen maar af te breken en een hek tot afsluiting aan te brengen. Voorts releveert de voorzitter de voor stellen van den heer Bloemarts en van de heeren Teychiné

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1895 | | pagina 146