150 '20 April 1895. «urgent, niet behandeld, maar direct verzonden werd «naar de bouwcommissie tot onderzoek en rapport. »De conclusie van het rapport der bouwcommissie, om »het plan eener even eenvoudige en weinig kostbare, als «doelmatige volksBADplaats niet te doen uitvoerenleunt «op de twee volgende arguinenten a. «dat de plaats, waar de volksbadplaats ontworpen is, «wegens te weinig stroomsnelheid en de voortdurende «vervuiling van den bodem, voor dat doel ongeschikt «is te achten. Te weinig stroom snelheid en toch voortdurende vervuiling «van den bodem, is mij nog niet recht duidelijk. Maar «dat ter aangeduide plaatse aardig wat strooming is, zal «de geachte bouwcommissie, bij haar onderzoek in loco, «toch wel even goed hebben opgemerkt als de ontwerper «van het plan. Minder goed echter -schijnt zij er op gelet «te hebbendat zoowel in de toelichting als op de teeke- «ning doeltreffende middelen zijn voorgesteld en aange- «gevenom eene mogelijke vervuiling van den bodem der «geprojecteerde volksJadkom te voorkomen. b. «dat de inrichting te klein en te ondiep is, om voor «zweminrichting te dienen. «Voor dit argument heb ik alle respect; het bevat «waarheidjaeen waarheiddie vaster staat dan een «paal boven water en waar ik mij dan ook wel voor wach- «ten zal iets tegen in te brengen. «Onze geachte bouwcommissie echter houde mij intus- «schen de beleefde opmerking ten goede, dat dit haar «argument, hoe vol waarheid overigens ook, geen dienst «kan doen in de onderwerpelijke zaak, omdat er thans «volstrekt geen sprake is van eene ZWEMinrichting, maar «het hier slechts geldt een plan tot daarstelling eener nhostelooze BADplaats voor den gewonen burger, den «werkman, het volk! «Maar wil men gaan argumenteeren, zooals nu onze «bouwcommissie dat doet sub letter b in haar rapport «ja, dan kan men wel tot zeer zonderlinge conclusiën «komen. Consequent in haar geest voortredeneerende

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1895 | | pagina 150