20 April 1895. 151 «zou men, sprekende over onze voor hun doel zoo goed «ingerichte riolenwel kunnen zeggendat die volstrekt «niet deugen, omdat ze te eng zijn, of liever te weinig «doorgangwijdte hebben, om dienst te kunnen doen als «tram- en spoorwegtunnels, enz., enz. «Een bassin dat, bij gewonen zomerwaterstand (0,20 »pl. A. P.) op den waterspiegel eene lengte heeft van «45 M.bij eene breedte van nagenoeg 10 M.en eene »diepte van 1 M.gevuld met stroomend waterzooals «wordt voorgesteld, zal onze bouwcommissie toch wel niet »in allen ernst willen afkeuren als te klein en te ondiep, som als BADplaats dienst te kunnen doen. «Punten 2 en 3 van het rapport meen ik onbeantwoord «te moeten laten. De bouwcommissie zelve zal, bij eenig «nadenkenwellicht ook wel met mijne bescheiden «meening willen meegaan, dat die punten minder thuis «behooren in een rapport. Ze vormen eerder een motie «of voorsteltot indiening waarvan door de bouw- «commissie natuurlijk een andere weg dient te worden «ingeslagen. «Uit volle overtuiging meen ik nu den Raad in ernstige «overweging te mogen geven, het z.g. rapport der bouw- «commissie maar eenvoudig voor kennisgeving aan te «nemen en het ten vorigen jare, reeds vóór de behandeling «der gemeentebegrooting, ingediende plan met begrooting «van kosten eener volksBADplaats, zij 't dan ook nog maar «eenigszins gewijzigd, goed te keuren en burgemeester en «wethouders op te dragen, zoo spoedig mogelijk voor eene «goede uitvoering te willen doen zorgen. Want, inderdaad «hier bestaatpericulum in mora, en op ons allen rust de plicht, «vooral ook uit een hygiënisch oogpunt (immers de rein sheid des lichaams is een hoofdfactor voor de volksge- szondheid) te voorzien in eene reeds maar al te lang «bestaande behoefte aan eene geschikte plaats voor het Dvolk, om zich des zomers te kunnen verfrisschen en naar «behooren te wasschen. «Ik druk hier opzettelijk op het woord «volkcc, omdat «voor de meergegoeden niet die behoefte bestaat. Dezen

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1895 | | pagina 151