166
11 Mei 1895.
»Een en ander heeft geleid tot het denkbeeld om de
sons gedane opdracht in een tweeledig voorstel te
ssplitsen.
»Ons eerste voorstel is om C. deJongh, gemeentebode,
stevens te benoemen tot concierge van het gemeentehuis,
sop eene jaarwedde van drie honderd guldenonder uit-
sdrukkelyke voorwaarde, dat hij zal afzien van alle bij-
y>betrekkingenwelke thans door hem worden waargenomen.
sDit voorstel steunt alsmede op de overweging, dat het
seigenlijke schoonmaakwerk behoort in handen van vrou-
swelijk personeel, zoodat de man al zijn tijd beschikbaar
sheeft om zijn plicht als bode naar behooren te blijven
svervullen
sMochten bij U tegen dit voorstel zoo ernstige bezwaren
sbestaandat het U niet aannemelijk voorkomtdan
swenschen wij U ter benoeming als concierge aan te
sbevelen
»1°. Adr3 van Gool werkzaam aan de Bredasehe
smachinefabriek
s'2°. J. A. Sandbergen, vleeschhouwer, Nieuwe-Haagdijk;
s3°. P. F. Peeters, oppasser;
s4°. Gers. Kleemans werkzaam aan de Bredasehe
smachinefabriek
s5°. Jos. Vlamings, vroeger werkzaam aan de suiker-
sfabriek te Breda.s
De voorzitter vraagt, of iemand der leden het woord
nopens bedoeld voorstel verlangtdan wel of de Raad de
zaak eerst in besloten vergadering wenscht te bespreken.
De heer Scheltus zou wel willen weten hoe oud de
echtgenoote van De Jongii is. Als deze zoover in leeftijd
gevorderd is, dat zij over enkele jaren onbekwaam zou
zijn de vereischte werkzaamheden te verrichtendan kon
het gemeentehuis wel weer in vervuilden toestand geraken.
Spec'aal zou spreker van burgemeester en wethouders
wenschen te vernemenof dezen haar geschikt achten
nog tien jaar de functie waar te nemen.