172 11 Mei 1895. De voorzitter dankt de commissie en inzonder heid haren rapporteur voor het uitgebracht verslag en stelt voor de conclusie daarvan aan te nemen, waartoe zonder bedenking besloten wordt. De heeren Guljé en Van Dongen, leden van bestuur van de betrokken instelling, wenschen geacht te worden niet tot dit besluit te hebben medegewerkt. 3. De voorzitter doet de volgende mededeelingen a. dat de heer A. J. van Son secretaris der gemeente Wouw, benoemd is tot hoofdcommies voor de alge- meene zaken ter gemeente-secretarie alhier. Wordt voor kennisgeving aangenomen. b. dat van den gepens. kapt. der inf. 'van het O.-l. leger, den heer L. J. F. E. von Ende, is ingekomen een schrijven, waarbij hij dank betuigt voor de terugzending der oude couranten; onder bijvoeging, dat die tot zijn leedwezen niet meer compleet zijn. De voorzitter zegt, dat alle couranten bij elkander ge bleven en in denzelfden omslag teruggezonden zijn, waarin ze in der tijd aan den Raad zijn overgelegd. Nadien wordt het voorbedoeld schrijven aan genomen voor kennisgeving. c. De voorzitter leest het volgend schrijven voor: »De commissie van beheer der gemeente-waterleiding beeft de eer UEA. mede te deelen, dat zij in hare op »den 25. April 1895 gehouden vergadering heeft behan- »deld uwe bespreking betreffende de uitvoering van art. »16, l9te alinea der voorwaarden, waarop water zal worden verstrekt door de hoogdrukwaterleiding. »De commissie is van oordeel dat bedoeld artikel in zij n »geheel moet worden gehandhaafd; n.l. dat het waterver bruik per meter moet worden verrekend per drie maanden,

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1895 | | pagina 172