NOTULEN GEMEENTERAAD VAN BREDA, van de 'vergaderingen van deu 8 Januari 1895. Tegenwoordig de heeren: B. C. VAN BONGEN, J. A. J. W. VAN HAL, Mr. A. REIGERSMAN, J. J. L. TEY- CHINÉ, Mr. W. INGENHOUSZ, W. G. H. ROMBOUTS, K. G. OUKOOP, J. A. VAN AKEN, E. VREEDE, F. J. M. HEIJLAERTS, Mr. P. BLOEMARTS, A. P. SCHELTUS, H. A. SASSEN, J. LIJDSMAN, Mr. Th. MATHON, A. J. A. VERSCHRAAGE, Mr. M. VAN DAM en E. H. A. GULJÉ, burgemeester, voorzitter. Afwezigde heer J. J. NELISSEN. Be voorzitter opent de vergadering en houdt, van zijn' zetel opgestaan, ongeveer de volgende toespraak: «Alvorens met de gewone werkzaamheden aan te vangen, «gevoel ik mij gedrongen in de eerste vergadering van »dit jaar den leden mijnen hartelijken heilgroet te brengen. «Een terugblik werpende op 1894 vinden wij stof tot «dankbaarheid en voldaanheid, gespaard toch als wij ge- bleven zijn van groote rampen, zooals cholera, die elders «heerschte. Op den 15. Februari werd de gemeente «waterleiding geopend. Be verwachting daaromtrent is 1

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1895 | | pagina 1