OUNTT^ATIB RP.
7 December 1 89S.
Tegenwoordig de heeren mr. M. P. M. VAN DAM,
J. J. L. TEYCHINÉ, J. E. VREEDE, mr. P. BLOEM-
ARTS, mr. W. INGENHOUSZ, F. J. M. HEIJLAERTS,
W. G. H. ROMBOUTS, K.G.OUKOOP, J. A. VAN AKEN,
A. P. SCHELTUS, H. A. SASSEN, J. ETJDSMAN, mr.
Tti. MATHON, B. C. VAN DONGEN, ,T. A. J. W. VAN
HAL, mr. A. REIGERSMAN, A. J. A. VERSCHRAAGE
en E. H. A. GULJÉ, burgemeester, voorzitter.
A fwezig de heer J. J. NE LISSEN.
De voorzitter, de vergadering geopend hebbende, zegt,
dat naar aanleiding van artikel 8 van het reglement van
orde voor den gemeenteraad, de notulen van het verhan
delde in de vergadering van 23 November 1895 ter inzage
voor de leden liebben gelegen en bovendien hun in afdruk
zijn toegezonden en vraagt of iemand alsnog voorlezing
daarvan verlangt of eenige bemerkingen daartegen in het
midden te brengen heeft.
De heer Oukoop wijzende op de omstandigheiddat
sedert eenigen tijd de notulen in afdruk aan de leden
worden toegezonden reeds vóór dat de volgende vergade
ring plaats vindtacht het wenschelijkom daarin de
verslagen, zooals zij in de vergadering zijn uitgebracht,
in hun geheel te doen opnemen. Spreker heeft daarbij
bijzonder het oog op het centraal-rapport der gemeente-
begrooting. Ware dit rapport in de notulen opgenomen
gewordendan zouden de leden in de gelegenheid zijn
geweest dit meer op hun gemak te kunnen nazien en
straks bij de behandeling der begrooting het rapport meer
regelmatig kunnen volgen.
25