7 December 1895. 357 strafrechtelijk oogpunt geheel vrij is en als gevolg daar van het doel, waarmede de gemeentelijke banken van leening zijn gesticht en worden onderhouden, voor een groot deel verijdelt. De voorzitter, in het midden brengende, dat in deze gemeente geene dergelijke particuliere instellingen bestaan, acht het evenwel gewenscht, dat aan het verzoek, in opgemeld adres omschreven, worde tegemoet gekomen en stelt voor, door het indienen van een adres van adhaesie, aan het verlangen van den gemeenteraad van Leiden te voldoen. Zonder beraadslaging wordt dienovereenkomstig besloten. 3. Missive, gedagteekend 27 November 1895, n°. 47, van de districts-commissie van het fonds ter aanmoediging en ondersteuning van den gewapenden dienst in de Neder landen te Breda, daarbij aanbiedende eenige exemplaren van het verslag der laatstgehouden algemeene vergadering van het hoofdbestuur. De voorzitter geeft in overweging elk der leden in het bezit te stellen van het hierbedoeld verslag, waarvan een genoegzaam aantal exemplaren voorhanden is, en stelt voor gemelde missive verder voor kennisgeving aan te nemen. Waartoe besloten wordt. 4. Ontwerp-besluit- met memorie van toelichting om in de gemeentebegrootingdienst 1895, af te schrijven van hoofdstuk VIII, artikel 2 (onvoorziene uitgaven) f 100, en deze som over te schrijven op hoofdstuk II, artikel 2 der uitgaven. (Kosten van het schoonhouden en meubelen van het raadhuis). Zonder bedenking wordt de voorgestelde wijzi ging der begrooting, dienst 1895, goedgekeurd.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1895 | | pagina 357