7 December 1895. De voorzitter doet den vorigen spreker opmerken, dat gedeputeerde staten geene begrooting goedkeuren, waarop bezoldigingen, \»an hooger band geregeld, tot een booger of lager bedrag zijn uitgetrokken dan bij die regeling zijn vastgesteld. De post wordt daarop goedgekeurd. Volgnummer 58, hoofdstuk I, art. 8c. Jaarwedden van de politie-qgenten. Met het oog erop, dat de agenten van politie in het vervolg verstoken zullen zijn van gratis geneeskundige be handeling en geneesmiddelen, werd het in eene sectie billijk geacht het salaris van die beambten te verhoogen met f 10, In eene andere sectie kwam de vraag ter sprakeof aan de agenten van politie die gratis geneeskundige behandeling al dan niet moet worden gegeven. Verscheidene leden achtten het gewenscht, dat dit voortaan regelmatig ge schieden zal en dat mitsdien, voor zooveel noodigde bestaande verordeningen zullen worden gewijzigd. In herinnering werd gebracht het indertijd in den raad voorgestelde idee, dat de agenten van polite zich zelve en hunne familiën zouden kunnen verzekeren bij eene particuliere maatschappijten einde geneeskundige behandeling te erlangen. Doch hiertegen werd opgemerkt, datmet het oog op het bestaand politiecorpser wel licht bezwaar zal bestaan voor sommige agenten, om dergelijke verzekering aan te gaan en wel tengevolge van hun leeftijd. Het is toch aan die léden bekend, dat verschillende maatschappijen dergelijke verzekeringen van geneeskundige behandeling niet aangaanwanneer de per soon in kwestie ouder dan 40 jaren is. Verschillende leden waren van oordeeldat er in ieder geval iets voor de politiedienaren moet gedaan worden vooral met het oog op hunne bediening, die hen vaak aan ziekte blootstelt. Die sectie sprak als haren wensch uit, dat de bestaande verordeningen dusdanig zullen gewijzigd worden, dat de

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1895 | | pagina 367