372 7 December 1895. Het staat vast, dat het meerendeel der pompen geen goed drinkwater opleverten toch blijven zij bestaan en worden zij gebruikt. Er mag derhalve geen f 215,voor worden uitgegeven. Indien de pompen weg zijn, zullen de eigenaren van huisjes meer gedwongen worden om de waterleiding aan te brengen, hetgeen ten goede zal komen aan de be woners. Tegen een en ander werd de opmerking gemaakt, dat het toch raadzaam zou zijn die pompen, welke goed drinkwater gevente behoudende andere worden nu reeds geleidelijk opgeruimd. Antwoord. Het geraamd bedrag voor het onderhoud van pompen is, in vergelijking met 1895, reeds f 209,— of ruim 49°/„ minder; vergeleken met 1894 is dit f 335,of ruim 60°/0 minder. Reeds de helft der openbare pompen zijn opgeruimd en geleidelijk wordt voortgegaan ze weg te breken. In verband daarmede bestaat het voornemende pomp op de Havermarkt in aansluiting te brengen met de waterleiding en haar als ilrinkfontein in te richten. De kosten daarvan kunnen uit den geraamden post gevonden worden. Het komt burgemeester en wethouders voor, dat door het aanbrengen allerwegen van standpijpengelijk verlangd wordtzou gereageerd worden tegen de bepaling van art. 31 der verordening regelende de bouwpolitie, dat elke woning moet voorzien zijn van eene goed drinkwater gevende pomp of aangesloten zijn aan de gemeentelijke waterleiding. De heer Teychiné zegt, dat in de afdeeling, waarin spreker zitting haddoor hem het voorstel is gedaan dezen post te schrappen, op grond dat door de tot stand- koming der waterleiding de pompen geen reden van bestaan meer hebben en bovendien de meeste daarvan geen goed drinkwater geven. Volgens spreker gaat het niet opnu

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1895 | | pagina 372