7 December 1895.
381
geene andere bedoeling hebben, dan om daarvan partij
te trekkennadat het park geheel in orde zal zijn ge
bracht. Ware de Staat wat toegeeflijker, dan zou de
gemeente ook beter gebaat zijn. Thans ziet men telkens
nieuwe woningen verrijzen onder de gemeente Beteringen,
zeer ten nadeele van Breda. Spreker zou derhalve in
overweging willen gevenom den Staat te verzoekenal
de aan het park grenzende gronden zoo spoedig mogelijk
te verkoopen.
De voorzitter is het eens met den vorigen sprekerdat
het niet-verkoopen der aangrenzende bouwgronden zeer
nadeelig is voor deze gemeente. Gaarne zullen burge
meester en wethouders dan ook andermaal het verzoek
'tot de hooge regeering richten, om ten spoedigste tot den
verkoop der bewuste bouwterreinen over te gaan. Spreker
verklaart verder, dat bij de beplanting de meest mogelijke
zuinigheid zal worden in acht genomen.
De post wordt hierop goedgekeurd.
Volgnummer 95, hoofdstuk IV, art. 6. Onderhoud van
de woningen boven de boterbal.
Voor onderhoud vafi bedoelde woningen staat op de
begrooting een post van ƒ150,uitgetrokken.
In eene sectie werd dit bedrag te hoog geacht en niet
in verhouding tot de huurdie de gemeente van die
woningen trekt.
Antwoord.
De post van ƒ150;voor onderhoud der woningen
boven de boterbal schijnt hoog, doch daaruit moet be
streden worden het verfwerk en eene meer dan gewone
herstelling aan de bedekking met pannen van het achterdak.
Wat betreft de hooge kosten in vergelijking van de
huur, zij de opmerking veroorloofddat het bestaan der
woningen eenigszins als toeval is te beschouwen en het
bovengedeelte van het gebouw toch ten behoeve van de
boterhal zoude onderhouden moeten worden, zoodat daar-