42
26 Januari 1895.
«vergadering en onderteekent die, na vaststelling,
«met den secretaris.
«Indien echter een lid meent, dat eenige on
sjuistheid of onnauwkeurigheid in de notulen voor-
«komtkan door bedoeld lid van dat gedeelte der
«notulenalvorens ze worden vastgesteldvoor
slezing verlangd en wijziging voorgesteld worden."
2°. van de heeren mr. A. Reigersman, mr. M. van Dam,
J. J. Nelissen, xnr. P. Bloemarts, J. J. L. Teychiné
en A. J. A. Verschraage.
«De ondergeteekenden hebben de eer aan den Raad
«voor te stellen
«Art. 8 van het reglement van orde voor den gemeen-
«teraadluidende:
«De notulen der vorige vergadering worden voor de
«leden ter inzage gelegd met de te behandelen stukken
«en na het openen der vergadering door den secretaris
«voorgelezen, indien dit een der leden verlangt. De
«voorzitter onderwerpt de notulen aan de goedkeuring
«der vergadering en onderteekent die, na vaststelling
«met den secretaris;"
zoodanig te wijzigen, dat dit artikel zal worden gelezen
als volgt:
Artikel 8.
«Na het openen der vergadering worden de notulen
«der vorige vergadering voorgelezen enna goedkeuring
«door den voorzitter en den secretaris onderteekend."
De leden van den gemeenteraad te Breda:
{Get.) A. REIGERSMAN.
M. VAN DAM.
PAUL BLOEMARTS.
J. J. L. TEYCHINÉ.
J. J. NELISSEN.
A. J. A. VERSCHRAAGE.
Breda, 26 Januari 1895,
