16 Februari 1895. 69 c. Het maken van een tochtportaal in de vestibule van liet raadhuis. Zijnde dit werk aangenomen door J. J. Koopmans, te Breda, voor de som van f 148. d. Hét maken en leveren van 12 stuks ijzeren meerpalen. Zijnde dit werk aangenomen door C. G. Cosijn, te Breda, voor de som van f 74.25. e. Het aflieinen van een terrein nabij de voormalige inun- datiesluis en het maken van een voetbeschoeiing aldaar. Zijnde dit werk aangenomen door C. Blijlevens Az., te Made, voor de som van f 774. Wordt voor kennisgeving aangenomen. 2. Namens de commissie voor de gemeente-waterleiding, deelt de voorzitter mededat de kosten van de herstelling der muren en het uit- en inladen der cokes in den cokes toren van de ontijzerings-inrichting, veroorzaakt door het ongeval op 10 December 11, bij wij ze van transactie, worden genomen voor rekening van den aannemer, onder voorbe houd, dat de afgekomen oude steenen ten zijnen voordeele zullen zijn. De heer Sassen spreekt ook over de kosten van ver ankering. Dat wordt als oud werk beschouwd zegt de voorzitter. De heer Sassen doet opmerken, dat de heer Schotel in zijn rapport heeft medegedeeld, dat de gemeente daar van de schade niet lijden kan. De billijkheid en eerlijkheid vorderen meent de voor zitter dat de verankering, welke reeds dadelijk had moeten aangebracht zijn, blijve voor rekening van de gemeente. De heer Rombouts zegt, dat de heer Schotel hem heeft medegedeeld, dat hij zijne gedachte in het rapport niet juist heeft uitgedrukt.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1895 | | pagina 69