88 2 April 1895. »dienst aangaat het bepaalde bij art. 13 der concessie voorwaarden van 6 Augustus 1892, goedgekeurd bij besluit »van de Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant van den «18. Augustus 1892, G, n°. 57. Art. 2. Contractanten ter eene zijde verbinden zich aan con tractante ter andere zijde te betalen: Voor den nachtdienst en de bediening der alarm- »inrichtingen de som van drie honderd gulden per Dj aarin twee halfjaarlijksche termijnen, te rekenen »te zijn ingegaan primo Januari 1895, en zulks «zoolang het aantal geabonneerden niet tot 300 is «geklommen, overeenkomstig voormeld art. 13 der «concessievoorwaarden, terwijl wanneer dit aantal is «bereikt, alleen een evenredig bedrag voor de be- «diening der alarminrichtingen behoeft te worden «voldaan, welk bedrag door contractanten ter eene «zijde, na de contractante ter andere zijde te hebben «gehoord, zal worden vastgesteld; y>h. Voor de benoodigde brandschellen tien gulden per Dstulc en per jaar, mede te rekenen te zijn ingegaan «primo Januari 1895. Art. 3. «De voorschreven wederzijdsche verbintenis wordt, met «inachtneming van het bepaalde bij art. 2 omtrent den aanvangstermijn van betaling, gerekend te zijn aangegaan «voor den tijd van vijf en twintig jaren, te weten den «duur der voorbedoelde telefoonconcessie, dato6Augustus «1892, met dien verstande dat contractanten ter eene zijde «de bevoegdheid zullen hebben ten allen tijde de overeen- «komst te doen eindigen, mits daarvan een jaar te voren «aan de mede contractante schriftelijk opzegging doende.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1895 | | pagina 88