8
5 Januari 1895.
Zoodat in de plaats van mej. S. C. van Leersuxi,
met volstrekte meerderheid van stemmen tot
eerste onderwijzeres aan de openbare meisjesschool
alhier benoemd is mejuffrouw P. J. Verschuer,
te Zwolle, en zulks op eene jaarwedde van/"ÏOOO,
in te gaan bij hare indiensttreding, en onder
voorwaardedat bij eventueele aanvrage om eervol
ontslag, het verzoek daartoe drie maanden te
voren moet worden ingediend.
3. Missive van burgemeester en wethouders van Breda,
dato 2 Januari 1895, n° 5, daarbij, onder overlegging van
de betrekkelijke adressen met het schrijven van den heer
arrondissements-schoolopziener en het betrokken hoofd van
school, ter benoeming eener onderwijzeres aan de eerste
openbare school (vacature Mej. Van Aalst) voordragende
de volgende candidaten:
1°. Mejuffrouw C. W. I. M. Sxieulders, te Breda-,
2°. S. M. Bella art x>
3°. d H. J. C. E. Bax,
De heer Scheltus zou gaarne, alvorens tot stemming
worde overgegaan, eene inlichting verlangen. Op eene
voordracht voor onderwijzeres, opgemaakt in November
1.1.kwam mej. S. M. Bellaart voor als nommer 2
en mej. Smeulders als nommer 4. Eén maand naderhand
wordt bij eene zelfde voordracht mejuffrouw Smeulders
nommer 1 en mej. Bellaart nommer 2 geplaatst. Spreker
zegt de vrijheid te nemen te verzoeken, hem, zoo mogelijk,
te willen inlichten, waaraan die wisseling van cijfers is
toe te schrijven.
De voorzitter antwoordt, dat de voordracht, gelijk zij
is aangebodenvan den arrondissement.? schoolopziener is
ingekomen, en het hoofd van school en burgemeester en
wethouders zich daarmee hebben vereenigd. Overigens
ontmoet het bij spreker bezwaar, verder personen in open
bare vergadering te bespreken.