21 Maart 1896. 131 maar in plaats daarvan te maken een plat dak van zink met toegangsdeur uit de eerste verdieping. Burgemeester en wethouders hevelen het gebruik van papensteen aanals zijndenaar hun oordeelvoor het doel ook zeer voldoende, terwijl bij het gebruik van waalsteen, met eene muurdikte van IV2 steen, de kosten f 403,hoogér zouden worden. De voorzitter stelt dit punt aan de orde. De heer Sci-ieltus wensclite wel de redenen te kennen, waarom door de bouwcommissie de voorkeur wordt gegeven aan waalsteen. In liet rapport der commissie ontbreken de gronden daarvoor. Ook wensclite spreker gaarne te worden ingelicht, of de directeur der gemeente-reiniging met het bouwplan is in kennis gesteld en of wel voldoende rekening is gehouden om de buitenmuren, langs de zijde der mestvaalt, geheel als blinde muren op te trekken, ten einde de onaan gename lucht zooveel mogelijk uit de woning verwijderd te kunnen houden. De heer Sassen zegt, dat waalsteen door de bouwcommis sie wordt aanbevolen, op grond, dat deze steensoort veel solider is dan papensteen. Waalsteen laat geen vocht door en de bouwcommissie zou het dan ook betreuren, wanneer steen van inferieure kwaliteit werd gebezigd. Spreker wijst er nog op, dat uit het schrijven van burgemeester en wet houders niet blijkt, of dit college zich kan vereenigen met het maken van een plat dak, zooals door de bouwcommissie is voorgesteld. De heer Heijlaerts geeft evenzeer de voorkeur aan het gebruik van waalsteen. Het gebouw komt te staan op een open vlakte, waarvan de muren 1 mgs alle zijden door regen stralen kunnen getroffen worden. De heer Lijdsman, ofschoon erkennende, dat in meerdere steensoorten verschillende inferieure steen voorkomt, wijst er

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1896 | | pagina 131