158
11 April 1896.
De heer Scheltus meent, dat het thans een geheel andere
toestand is geworden. Bij de behandeling der begrooting was
het aantal kinderen, dat geene plaatsing op de tusschenscho-
len kon vinden, onbeduidendnu wordt zelfs het cijfer van
100 genoemd. Ook wenscht spreker gaarne het oordeel te
vernemen Van de commissie van toezicht op het lager onderwijs.
De heer Teyciiiné ondersteunt het voorstel van den heer
Sassen. De verbouwing komt hem thans nietgewenscht voor,
met het oog op de weldra te verwachten uitbreiding der
bijzondere scholen voor kosteloos onderwijs. Spreker gelooft,
dat eene twaalfklassige school ook niet in het belang is van
het onderwijs, omdat het toezicht te wenschen zal overlaten.
De meeste specialiteiten op onderwijsgebied zijn tegenstanders
van eene twaalfklassige school en met het oog daarop vraagt
spreker, of er hij burgemeester en wethouders niet een schrij
ven van een der school-autoriteiten is ingekomen, die zijne
afkeuring over het verhouwen der school aan de Boschstraat
tot eene twaalfklassige te kennen gaf.
De heer Rombouts staat nerge.is meer over verwonderd
dan over het voorstel van den heer Sassen. Men behoort te
eerbiedigen de besluiten, die genomen zijn en zich te bepalen
tot de zaak, die ons thans bezig houdt; eene zaak, die niet
dan na ampele besprekingen is tot stand gebracht. Het vorig
jaar is aan burgemeester en wethouders gebleken, dat bij de
gewone aanneming wegens plaatsgebrek niet konden worden
toegelaten, op de school van den heer Van Wiechen 54 en
op die van den lieer Tromp 36 kinderen. En op grond
daarvan besloot de raad de school bij den heer Van Wiechen
uit te breiden, na verwerping van een voorstel van den heer
Bloemarts tot den bouw eener geheel nieuwe school. Wan
neer spreker thans een woord hoorde, dat bij de laatste
aanneming het cijfer der kinderen, die, niet kunnen worden
toegelaten, was gedaald tot nul, dan zouden er termen bestaan,
om den voorgenomen verbouw voorloopig' uit te stellen, doch