166
11 April 1896.
gesteldin de uitbreiding der stalling moeten worden voorzien
door bijbouw, hetzij op een ver van de manége der academie
verwijderd terrein hetgeen tot groote bezwaren voor den
dienst aanleiding zou geven of op een door aanplemping
van een gedeelte der Kasteelgracht te verkrijgen terrein,
waardoor zeer zeker een, ook door de gemeente, niet ge-
wenschte misstand zou ontstaan.
In verband hiermede vertrouwt de minister, dat de ge
meente alsnog bereid zal worden bevonden, om de bedoelde
terreinstrook voor den bouw van een stal af te staan.
De voorzitter zegtdat thans de onderhandelingen
zullen worden voortgezet op de grondslagen, als bij raads
besluit van 29 Februari 1896 is bepaald.
Waarna voorschreven mededeeling voor kennis
geving wordt aangenomen.
B. Verslagen.
1. Door den voorzitter wordt verslag uitgebracht van
de op 23 Maart 1896 door burgemeester en wethouders
gehouden aanbesteding van
a. het rioleeren van de Kloosterlaan met het leveren en
leggen van trottoirbanden en het doen van bestratingen
Zijnde hiervan aannemer geworden M. Bakkeren te
Prinsenhagevoor 2133,
b. het rioleeren met het maken van trottoirs, benevens
het bepuimen en begrinden van den Boeimeersingel
Zijnde hiervan aannemer geworden A. J. Verlegii
te Ginneken, voor ƒ1179,
c. het rioleeren en vernieuwen der bestrating in de
Cingelstraat
Aangenomen door M. Bakkeren voornoemd, voor
f 2128,—.