220 9 Mf.i 1890. 10. Adres in dato 8 Mei 1890 van mej. C. M. Blankevoort- van de Goorrergh te Heerlen, in koop verzoekende een strook gemeentegrond, gelegen langs de openbare straat, genaamd »de Kloosterlaan" in deze gemeente. Do voorzitter stelt voor dit adres te verzenden naar burgemeester en wethouders om prae-advies. Waartoe besloten wordt. 17. Adres in dato 7 Mei 1890 van P. P. Bogaerts te Breda, daarbij in huur verzoekende eene gang, toegang gevende tot den tuin van de; onderwijzerswoning aan de Halstraat en uitkomende aan de Houtmarkt in deze gemeente Besluit als voor. 18. Adres in dato 8 Mei 1890 van den heer dr. .1. D. 11. Sciiefeer, leeraar aan de hoogere burgerschool, de burger avondschool en het gymnasium alhier, daarbij te kennen gevende, dat hij aan de hoogere burgerschool in deze gemeente verbonden was, tijdelijk van 1 Februari 1878 tot 1 Januari 1879, definitief van 1 Januari 1879 tot 1 December 1881 en daarna van 1 September 1888 tot 1 April 1890 tijdstip van het in werking treden der nieuwe pensioen verordening voor gemeente-ambtenaren, enz. alzoo samen gedurende een tijdvak van 11 jaren en 5 maanden dat volgens de pensioen verordening van 24 November '1862, zooals die later is gewijzigd, voor den ambtenaar, die na op eigen verzoek ontslagen te zijn, later wordt herplaatst, de diensten vóór het ontslag en die na de herplaatsing bewezen, gelijkelijk geldig zijn, welke bepaling, naar de meening van adressant, ook voor hem geldt, terwijl dan mede te zijnen opzichte zou geldig zijn art. 5 van laatstgenoemde verordening, waarbij eventueel aanspraak op invaliditeitspensioen wordt toegekend na tienjarigen dienst dat echter de artt. 4 en 5 der pensioenverordening van 7 Maart 1896 die gunstige bepalingen ten opzichte van adressant

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1896 | | pagina 220