9 Mei 1896. 225 de rekening goed te keuren en de gedane bemerkingen ter kennis te brengen van bet bestuur der betrokken instelling. Waartoe besloten wordt. De heeren Nelissen en mr. Bloemarts, leden van het bestuur van gemeld gesticht, wenschen geacht te worden niet tot dit besluit te hebben medegewerkt. 5. Door den heer Sassen wordt, namens de commissie, belast geweest met het onderzoek der rekening en verant woording over 1895 van het pensioenfonds van gemeente ambtenaren en bedienden, gerapporteerd, dat het onderzoek dier rekening en bescheiden tot geene bemerkingen heett aanleiding gegeven en de commissie mitsdien adviseert ge melde rekening goed te keuren, zooals zij door het bestuur van het pensioenfonds is aangeboden. De voorzitter dankt de commissie en in 't bijzonder haren rapporteur voor het uitgebracht verslag en stelt voor de conclusie van het rapport aan te nemen en mitsdien tot goedkeuring der onderwerpelijke rekening te besluiten. Waartoe besloten wordt. De voorzitter en de lieeren Nelissen en Sciieltus, die over 1895 het bestuur van het gemeentelijk pensioenfonds hebben uitgemaakt, wenschen geacht te worden niet tot dit besluit te hebben medegewerkt. De voorzitter schorst de openbare vergadering, welke alsnu overgaat in eene met gesloten deuren. Na heropening der deuren worden vastgesteld het primitief kohier van den hoofdelijken omslag dezer gemeente voor het dienstjaar 1896 op een bedrag van f 71 999,55 en het eerste

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1896 | | pagina 225