22 4 Januari 1896. Art. 4. «Contractant ter andere zijde zal bij de onderteekening «dezer overeenkomstvoor koopsom van den in art. 1 genoem- «den grondten kantore en tegen kwitantie van den gemeente- ontvanger, betalen de som van zes honderd zestien gulden. Art. 5. «De kosten van zegels, leges, registratierechten, ovèrschrij- «ving in de openbare registers en alle andere kosten op dit «contract vallende worden door den contractant ter andere «zijde gedragen." 3. Prae-advies van burgemeester en wethouders in zake het adres van A. H. van der Hoeven, waarbij door hem ontheffing wordt verzocht van de bepalingen, vervat in de gewijzigde artikelen 3 en 4 der verordening, regelende de bouwpolitie in deze gemeente, luidende als volgt: «Bij uw besluit van den 21slon December 1895 werd in «onze handen om prae-advies gesteld een adres van A. H. «van der Hoeven, steenhouwer, wonende te Breda, ontheffing «verzoekende van de bepalingen vervat in de gewijzigde «artikelen 3 en 4 der verordening, regelende de bouwpolitie «in de gemeente Breda, tot het bouwen van een achterwoning- sop een gedeelte van een perceel aan den Nijverheidssingel, «op de bij het adres gevoegde teekening met a aangegeven. «Aan die opdracht voldoende, hebben wij de eer hierbij «over te leggen eene situatieteekening van het perceel van «den adressant, met de omgeving daarvan, op welke situatie «met eene roode arcure is aangegeven de plaats, waar «adressant de woning wenscht te bouwen. «Zooals uit de situatie blijkt, is de plaats, bestemd voor de «woning, aan de zuid- en oostzijden onmiddellijk begrensd «door gebouwen en erven aan anderen toebehoorende, aan «de noordzijde door eene woning van adressant en blijft aan

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1896 | | pagina 22