39 Mei "J896.
245
ode gemeentebesturen op het hart drukt, dat zij zooveel mo-
ogelijk het schoolgaan der kinderen van bedeelden, onvermo-
ogenden en minvermogenden zullen bevorderendaar acht ik
omij verplicht ten derden male bij uwe vergadering aan te
«dringen op de stichting eener derde scliool voor kosteloos
«onderwijs van gemeentewege, opdat de kinderen des volks
«niet langer verstoken blijven van het onderwijs, dat de
«ouders blijkbaar verlangen en waarop de hoogste wet in den
«staat hun recht geeft.
«Bij een schrijven betredende het gebrek aan ruimte op de
«scholen, d.d. 9 Maart 4891, n°. 833. en gericht tot de dis-
idricts-schoolopzienerszegt de minister van binnenlandsche
«zaken, destijds de heer Jhr. mi', de SayoKnin Loiiman, o. m.
«het volgende
•tiEr bestaat naar mijne zienswijze bijzondere aanleiding
wm meer dan tot dusverre op stipte naleving van het
wettelijk voorschrift toe te zien. waar liet gebrék aan de.
onnodige ruimte geenszins is toe te schrijven aan onverwachte
omstandighedendoch eenvoudig aan de nalatigheid der
gemeentebesturen om tijdig in de behoefte aan schoolruimte
«te voorzien.
Niet zelden schijnen de aanzienlijke uitgaven, voor den
obouw van de noodige scholen gevorderd, de gemeentebesturen
jile nopen deze kosten zooveel mogelijk over eenige jaren te
overdeden of de uitvoering van besluiten tot stichting van
Dscholen eenigen tijd te vertragen in de hoop dat de vcv-
olangde uitbreiding nog onnoodig zal blijken; doch de wel
laat dergelijk uitstel niet toe.
oEn evenmin kan ten deze een beroep worden toegelaten
oop het financieel bezwaar aan de uitvoering van de wet
loverbonden. Het zal toch ook U niet onbekend zijn gebleven
oen er is in de regeeringsverslagen meermalen op gewezen,
odat onder de gemeentebesturendie in dit opzicht te kort
o schieten, er worden aangetroffen, die niet alleen in gunstige
geldelijke omstandigheden verkeer en, maar die aanzienlijke
obedragen overhebben voor oprichting en instandhouding