260 43 Juni 1896. De voorzitter, dit ontwerp-besluit toelichtende, zegt, dat het geschikte tijdstip om tot de conversie der gemeenteschuld over te gaan, nog niet is aangebroken, doch dat wellicht vóór Nieuwjaar a. s. zich daartoe de gelegenheid zal voordoen. Na eene door burgemeester en wethouders omtrent deze zaak gevoerde correspondentie, heeft de Amsterdamsclie bank zich bereid verklaard den termijn van aflossing van de tijdelijk geleende gelden ad f 84000,— te verlengen tot 1 Januari 1897 tegen eene renteberekening van 31/2 °/o 'sjaars, in plaats van 4 0/0, zooals is overeengekomen tot '1 Juli a. s. Zonder bedenking wordt liet betrokken ontwerp besluit hierop goedgekeurd 9. Schrijven van den heer districts-schoolopziener te Breda in dato 25 Mei 1896. n° 124, in zake het gebrek aan ruimte in de openbare scholen te Breda. Dit schrijven in extenso opgenomen in de raadsnotulen van 30 Mei 1896 is vergezeld van het volgend toelichtend schrijven van burgemeester en wethouders d.d. 10 Juni 1896, no. 564: «Wij hebben de eer in verband met den brief van den »heer districts-schoolopziener van den 25. Mei 1896, ingeko- »men in uwe vergadering van den 30. Mei d. a. v. U hierbij Dover te leggen een staat, bevattende de namen van hen Dvoor wie aanvrage is gedaan en die door ons zijn toegela- »ten tot de school voor kosteloos onderwijs aan de Nieuwe- »huizen, hoofd de heer Clerx. »Uit dien staat blijkt, dat daarop geen andere namen voor- »komen dan van personen, die geacht kunnen worden te «wonen in den naasten kring dezer school. «Wanneer gelet wordt op het feit, dat aan de school voor «kosteloos onderwijs aan de Kloosterlaan, hoofd de heer De »Bie, tot nog toe zich geen plaatsgebrek deed gevoelen, dan »mag de oorzaak daarvan met recht worden toegeschreven »aan de omstandigheid, dat meer in de nabijheid dier school

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1896 | | pagina 260