27 Juni 1896. 283 voor te stellen en clan behoort de behandeling daarvan aan de vaststelling van het laatste artikel vooraf te gaan. De voorzitter is eveneens van meening, dat de heer Rombouts volkomen in zijn recht is. Burgemeester en wet houders, in overleg met de commissie van bijstand, bieden nieuwe voorwaarden aan en nu heeft ieder lid de bevoegdheid voorstellen tot wijziging dier voorwaarden in te dienen. De heer Reigersman verklaart, dat hij niet genoegzaam in de gelegenheid is geweest, om de voorwaarden behoorlijk te kunnen overwegen. Uit dien hoofde geeft spreker in overweging, om de bestaande voorwaarden te verlengen tot "1 Januari 1897. Eventueele voorstellen tot wijziging kunnen dan tijdig schriftelijk worden ingediend. Dit voorstel, voldoende ondersteund, wordt in stemming gebracht en aangenomen met 14 tegen 4 stemmen. Vóór stemden de heeren Van Aken, Van Dam, Teychiné, Vreede, Heijlaerts, Bloemarts, Scheltus, Rees, Ltjdsman, Neltssen, Van Dongen, Reigersman, IngenHousz en de voorzitter. Tegen waren de heeren Versciiraage, Rombouts, Matron en Van Hal. 7. Ontwerp-overeenkomsten wegens den afstand van gronden van den gedempten zijtak der rivier »de Mark", achter de Ginnekenstraat in deze gemeente. De voorzitter zegt, dat deze ontwerp-overeenkomsten ter visie voor de leden hebben gelegen en vraagt of de raad zich met de daarin omschreven voorwaarden kan vereenigen en alzoo bereid is tot den voorgenomen afstand van bedoelde gronden over te gaan.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1896 | | pagina 283