'286 '27 Juni 1896. te Breda ongeveer 86 centiaren grond van het perceel, kadastraal bekend gemeente Breda, sectie A, n°. 4986, voor eene som van een en twintig gulden zestig cent d. aan douairière Elisabeth Kuijsten van Hoesen, weduwe van Jhr. P. Six te Breda, ongeveer 15 centiaren grond van het perceel, kadastraal bekend gemeente Breda, sectie A, n°. 4948, voor eene som van negen gulden; e. aan Adrianus Leonaiidus Maria Miciiielsen te Breda ongeveer 26 centiaren grond van het perceel, kadastraal bekend gemeente Breda, sectie A, n°. 4949, voor eene som van vijftien gulden zestig cent; f. aan Wilhelmus Vermeulen te Breda ongeveer 8 aren grond van liet perceel kadastraal bekend gemeente Breda, sectie A, n°. 4958, voor eene som van honderd vijftig gulden, met weder- keerige erkenning van de gemeente Breda als eigenaresse van het perceel, sectie A, n°. 4954, en van den kooper als eigenaar van het geheele perceel, sectie A, n°. 4958, terwijl de scheiding tusschen de pereeolen, sectie A, nos. 4958 en 4954, wordt aangenomen en erkend volgens eene lijn, die gevormd wordt door eene snijding van een waterstand van 0,50 M. boven Am- sterdamscli peil volgens de rijkspeilschaal, staande hij de Tolbrug over de Haven te Breda, en de glooiing van het perceel, sectie A, n°. 4958en g. aan Johannes Jacobus Wagemakers te Breda ongeveer 75 centiaren grond van het perceel, kadastraal bekend gemeente Breda, sectie A, n°. 4947, voor eene som van vijf en veertig gulden. Een en ander onder de volgende voorwaarden

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1896 | | pagina 286