25 Jn.i 18! Hi. De voorzitter geeft in overweging de beslissing hier omtrent aan te houden tot de volgende vergadering en het verslag met de bijlagen voor de leden ter visie te leggen. Waartoe besloten wordt. '2. Door den heer Heijlaekts wordt, namens de commissie, belast geweest met het onderzoek der rekening van het burgerlijk armbestuur dezer gemeente over 1895, gerappor teerd. dat de commissie de rekening heeft nagezien en met de overgelegde bescheiden en kwitantiën heeft vergeleken en dat daarbij geene aanmerkingen gevallen zijn, weshalve zij voorstelt gemelde rekening goed te keuren, terwijl spreker, mede als tolk der overige commissieleden, een woord van lof brengt aan den administrateur van gemelde instelling voor de uitstekende en nette bewerking dezer rekening. De voorzitter dankt de commissie en in 't bijzonder haren rapporteur voor het uitgebracht verslag en stelt voor de rekening van het burgerlijk armbestuur dezer gemeente over 1895 goed te keuren. Waartoe zonder bedenking besloten wordt. De hoeren Van Hal en IngenHousz, behoorende tot het bestuur der betrokken administratie, verzoeken aanteekening in de notulen, dat door hen niet tot voormeld besluit is medegewerkt. 3. Door den heer Van Dam wordt namens de commissie voor de strafverordeningen het volgend rapport uitgebracht Bij besluit van uwe vergadering van 27 Juni 1896 werd »in handen gesteld van de commissie voor de strafverordenin- »gen uit den raad dezer gemeente, ter line van bericht, een «voorstel, door burgemeester en wethouders gedaan, tot «toepassing van de bepalingen der verordening, regelende «de bouwpolitie in deze gemeente, ten aanzien van de sloot «van den hovenier Petkus Dielissen, c. s.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1896 | | pagina 303