28 November 1896. rooien, in stemming te brengen. Wordt dit voorstel aange nomen dan kunnen burgemeester en wethouders later de noodige plannen ten opzichte der bestrating van den weg aan den raad ter goedkeuring aanbieden. Bedoeld voorstelvoldoende ondersteundwordt in stemming gebracht en aangenomen met 12 tegen 5 stemmen. Vóór stemden de heeren Teychiné Verschraage, Rom- bouts, ScHF.ltusreeslljdsmanVAN üongen, reigers man, Viï ef.de Heijlaerts, Bloemaiits en de voorzitter. Tegen waren de heeren Van Dam. Van Aken, Sassen, Matron en Van Hal. De voorzitter vraagtof de leden zich overigens met den inhoud van het rapport kunnen veieenigen. De heer Bloemarts wijst eropin strijd met de bewering in het rapport vermelddat de hoornen in de Mauritsstraat niet het aanzien hebben, alsof zij eene bestendige groeikracht zouden bezitten. Spreker meent, dat die hoornen moeten worden gerooidvooral omdat die straat eene toegangsstraat is tot de stadalwaar door den aanbouw der nieuwe kerk weldra eene drukke passage te verwachten is. Spreker stelt derhalve voor die boomen te doen vervangen door andere, waarvan eene betere groeikracht kan verwacht worden. De heer Van Hal zegt, dat bedoelde boomen zijn herent en dus afgewacht moet worden, wat de toekomst leeren zal. In ieder geval moet de raad vertrouwen stellen in het rapport van den deskundige. Wanneer wij den daarin aan gegeven weg bewandelen, zullen wij beplantingen hebben, waarvan niet alleen voor het tegenwoordige, maar ook voor dè toekomst heil te wachten is.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1896 | | pagina 430