434 28 November 1896. «aangenomen. Het overlaten van de te dier plaatse bedoelde «prijsbepaling aan burgemeester en wethouders, werd ver- vangen door de bepaling van den prijs op 10 cent per M3 «boven 125 M3 per drie maanden. Twee leden echter toonden «zich principieel weinig ingenomen met het voorbedoelde «tweede deel van liet voorstel. «Daarna werd voorgesteld de meterhuur te verlagen en «die te brengennaar gelang van de doorgangswijdte van «den meter, op 50 cent, 75 cent en f 1,50 per kwartaal, «doch over dit voorstel staakten weder de stemmen: drie «leden waren er voor, drie er tegen. «Een voorstel om den prijs van bet water te verlagen, «kon geen genoegzame ondersteuning verkrijgen. «Onder aanbieding van een afdruk der voorstellen tot «wijziging der voorwaarden van waterverstrekking, alsmede «van een afdruk van het voorstel van den heer Rombouts «met memorie van toelichting en bijlage, hebben wij de «eer U te verzoeken de vorenstaande vraagpunten, waarover «de gevoelens in de gehouden vereenigde zitting zoozeer «uiteenliepentot oplossing te brengen en voorts vast te «stellen de voorwaarden van waterverstrekking, welke 1 «Januari 1897 moeten in werking treden. «BURGEMEESTER m WETHOUDERS." «Worden voorgesteld de volgende wijzi- «gingen in de bestaande voorwaarden van «waterverstrekking: «Aiit. 1. Bij te voegen AR 4. «Door deze verklaring onderwerpt zich de aanvrager »aan de door het gemeentebestuur in zake de leve- »ring van water vastgestelde of later nog vast te stellen voorwaarden. AR 5. i)Er zal eerst met den aanleg een aanvang worden Dgemaaktwanneer het onderteekende contract bij y>den directeur bezorgd is en het verschuldigde vol- •»gens art. 13 betaald is.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1896 | | pagina 434