22 Mei 1897.
het hem gewenscht voorkomt aan rlie vereeniging eene
subsidie toe te kennen.
De voorzitter doet den vorigen spreker opmerken
dat de beide subsidie-aanvragen in de laatstgehouden ver
gadering gelijktijdig ter tafel zijn gebracht, zoodat, bij de
beslissing op het verzoek van de scherpschuttersvereeniging,
de raad niet onkundig was van het door »Cecilia" gedaan
verzoek.
De heer Reigersman wenscht de aandacht erop te vestigen,
dat het prae-advies van burgemeester en wethouders niet
ten doel heeft om de subsidie-aanvrage te kaatsen, doch dat
het zelfs hoopvol is voor het volgend jaar. De vereeniging
erkentdat ze groote kosten zal moeten makenom eenig
succes te kunnen hebben enwaar de vooruitzichten van
dien aard zijn, dat niettegenstaande de groote geldelijke
opofferingenliet feest wellicht nog fiasco zal makendan
acht spreker uitstel tot een volgend jaar zeer gewenscht.
Spreker twijfelt niet, of de leden zullen allen gaarne bereid
zijn, om het volgend jaar, wanneer de omstandigheden
gunstig zijn, het gevraagde offer te brengen.
Nadat door den voorzitter nog is aangetoond, dat
door het uitloven van minder geldprijzen, een volgend jaar
meer medewerking kan verwacht wordenwordt het prae-
advies van burgemeester en wethouders in stemming gebracht
en aangenomen met 12 tegen 4 stemmen.
Vóór stemden de heeren Van Aken, Verschraage, Ingen-
Housz, Bloemarts, Rombouts, Sciieltus, Rees, Sassen,
Van Dongen, Van Hal, Reigersman en de voorzitter.
Tegen waren de heeren Teychiné, Heijlaerts, Matiion
en Nelissen,