5 Juni 1897. 138 somslagbetalers als zoodanig niet hebben gecontribueerd. Waar »het doel is te weten wat het gas kost, behooren de uitgaven »onder A afzonderlijk gehouden te worden. Evenmin behooren »tot de gewone uitgaven die onder B, omdat die uitgaven sniet de fabricatie zelve betreffen, maar het gevolg zijn van sliet hebben van lantaarns ter openbare verlichting. Ontving stoch de gemeente het gas van een derde, dan zoude de sgemeente óf zelve voor het aansteken en uitdraaien dei- slichten en het reinigen der lantaarns moeten zorgen, óf wel sin evenredigheid een zoo veel hongeren prijs voor het te sontvangen gas moeten betalen. sOnder C komen voor de uitgaven voor het maken van sgas en die voor gewoon onderhoud onder D do netto uitgaven. sEene gasfabriek toch is in eene bij uitstek voordeelige con- sditie hier hebben de afval of nevenproducten eene groote «handelswaarde, waarom de waarde dier artikelen van de sbruto uitgaven moeten worden afgetrokken om te kunnen sberekenen wat het gas op zich zelve per M3 kost. sDe waarde dier stolfen is niet berekend aan den prijs, sdie de gemeente daarvan maakt, neen, de winst daarop te sbelialen blijft als bijzondere inkomst voor de gemeente hier sis gerekend naar de innerlijke waarde. sUit de berekeningen, op de boven omschreven wijze ge smaakt, blijkt dat de kubieke meter gas in die drie jaren saan de gemeente heeft gekost sin 1894 3("/1(K) cent. s 1895 367/^00 s s 1896 360/100 s sDe gasverbruikers echter betaalden de enorme som van zes scent per M3. Enorm mag die som genoemd worden, omdat het shier geldt het verbruik van één en een half millioen Mb seene winst op het gas alleen van f 36 000,behalve het- sgeen de verkoop der nevenproducten in de gemeentekas deed svloeien. De verlaging van het gas niet één cent per meter sis voor de gemeente dus een geldelijk nadeel van15 000, sWanneer men nu echter ziet, dat de winst van 1896 ruim

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1897 | | pagina 133