19 Juni 1897. 161 6. Schrijven van burgemeester en wethouders alhier, d.d. A Juni 1897, n°. 696, daarbij, met overlegging der berichten van de betrokken hoofden van scholen en van het advies van den arrondissements-schoolopziener, ter benoeming van twee onderwijzeressen in de handwerken voor meisjes voor dragende a. voor onderwijzeres aan de tusschenschool aan de Bosch straat en aan de school voor kosteloos onderwijs in de Nieuwehuizen, samen voor acht lesuren per week 10. mejuffrouw J. U. G. van Hooijdonk, 20. W. A. J. M. van Ol.piif.n, 30. M. Vastenou. b. voor onderwijzeres aan de school voor kosteloos onder wijs aan de Nieuwehuizen, voor vier lesuren per week 10. mejuffrouw W. A. J. M. van Olphen, 20. J. U. G. van Hooijdonk, 3o. M. Vastenou. De voorzitter stelt voor tot de benoeming over te gaan en verzoekt den heeren Van Aken en Scheltus als stem- opnemers te willen fungeeren. Wordt overgegaan tot stemming ter benoeming eener onder wijzeres aan de school Boschstraat en school Nieuwehuizen. Er worden uitgebracht 17 stemmen, waarvan 16 op mejuf frouw Van Hooijdonk en 1 op mejuffrouw Vastenou. Zoodat is benoemd tot onderwijzeres in de hand werken voor meisjes aan de openbare tusschenschool aan de Bosclistraat en aan de openbare school voor kosteloos onderwijs in de Nieuwehuizen in deze ge meente, samen tot het geven van acht uren onder wijs per week, mejuffrouw J. U. G. van Hooijdonk, wonende te Prinsenhage, en zulks op de aan die

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1897 | | pagina 161