14 Augustus 1897. 193 «Die oproeping, zoover deze den gediplomeerde aangaat, «is mislukt. Slechts twee vroegen voorwaarden of inlichtingen «reeds in de advertentie vermeld, en een van hen kwam «zelfs na den termijn van oproeping. «Daarentegen zijn de adressen van niet-gediplomeerden «zoowel van binnen als buiten de gemeente, legio. «Zou de raad alzoo uitdrukkelijk een gediplomeerde ver slangen, dan moet eene hoogere wedde worden uitgeloofd, «opdat de keuze uitgebreider worde. «Maar met de benoeming van een keurmeester verkeert «de gemeente in een geheel ongewonen toestand. Zal het «abattoir er komen, dan komt aan het hoofd daarvan te «staan een gediplomeerd veearts, wien onderhebbend niet «gediplomeerd personeel ten dienste wordt gesteld, evenals «zulks elders het geval is. «De eischen waaraan het hoofd van den veterinairen dienst, «zooals die dan zal geregeld worden, zal hebben te beant- «woorden, achten wij niet gering, zoodat hem eene daaraan «geëvenredigde bezoldiging zal moeten toegelegd worden, «maar thans kan die weg nog niet worden opgegaan, omdat «wel pogingen in het werk gesteld worden om tot het ves- stigen van een abattoir te geraken, maar de zaak nog «slechts in het stadium van onderzoek verkeert. «Het behoeft o. i. geen betoog, dat als. later eene oproe- «ping voor directeur der openbare slachtplaats zal plaats «hebben op eene flinke jaarwedde, er gediplomeerde vee- «artsen zich zullen opdoen, die thans achterwege blijven. «Om die reden is het o. i. in het meest welbegrepen belang «van de gemeente dat de gemeente tot het doen eener «keuze zich thans geheel vrij houde. «Intusschen moet in de vacature van keurmeester voorzien «worden. «Voormelde betrekking wordt thans waargenomen door «den heer L. Molexschot, veearts in liet naburige Teteringen. «Met het oog op al liet vorenstaande, hebben wij gemeend, »U te moeten voorstellen dien heer tijdelijk, en wel voor

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1897 | | pagina 193