7 September 1897. 217 a. in de commissie van bestuur van het gemeentepen sioenfonds: de heeren A. P. Scheltus en J. J. Nelissen. It. in de commissie van bijstand voor de gasfabriek en de waterleiding: de heer H. A. Sassen. c. in de commissie voor de ambachtsschool: de heer J. Lijdsman. d. in de commissie van bijstand voor de gemeentewerken de heeren H. A. Sassen en J. Lijdsman. Alsnu wordt overgegaan tot benoeming van een lid in de commissie van beheer der gemeentereiniging (vacature den heer mr, Tii. Matiion). De voorzitter verzoekt den heeren Scheltus en Van Hal als stemopnemers te willen fungeeren. Er worden uitgebracht 18 stemmen, waarvan 6 op den heer Lijdsman, 3 op de heeren Reigersman en Heijlaerts, 2 op de heeren Slechtriem en Sassen en 1 op de heeren Staal en Scheltus. Niemand de volstrekte meerderheid verkregen hebbende, wordt tot eene tweede vrije stemming overgegaan, waarvan de uitslag is, dat worden uitgebracht op de heeren Lijds man 8, Heijlaerts 4, Sassen 2 en Reigersman, Staal en Slechtriem ieder ééne stem. Andermaal geene volstrekte meerderheid verkregen zijnde, wordt de keuze beperkt tusschen de twee personen, die bij de tweede stemming de meeste stemmen hebben erlangd. De heer Heijlaerts verzoekt bij deze stemming buiten aanmerking te mogen blijven. Er worden uitgebracht 18 stemmen, waarvan 11 op den heer Lijdsman en 6 op den heer Heijlaerts, terwijl 1 briefje in blanco is ingeleverd.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1897 | | pagina 217