7 September 1897. 223 Zonder bedenking wordt hiertoe besloten. 13. Schrijven van burgemeester en wethouders alhier, d.d. 26 Augustus 1897, nO. 1007, daarbij den raad aanbiedende het ontwerp van begrooting der plaatselijke inkomsten en uitgaven dezer gemeente voor het dienstjaar 1898. vergezeld van de noodige toelichtingen en bescheiden. De voorzitter stelt voor, dat, evenals vorige jaren, de stukken worden gedrukt en de raad zich verdeele in drie afdeelingen tot onderzoek dier begrooting. Daartoe besloten zijnde, wordt door ieder lid een nummer getrokken, waarna blijkt, dat de afdeelingen zullen zijn samen gesteld als volgt Eerste a f d e e 1 i n g uit de heeren mr. M. P. M. van Dam, J. H. wltsenborg, mr. W. IngenHousz, J. J. 1,. Teychiné, F. ,T. M. Heijlaerts en A. P. Scheltus, voorzitter. Tweede afdeeling uit de heeren: A. J. A. Verschraage, w. J. Si.echtriem, A. J. Rees, J. a. J. w. van Hal, mr. A. Reigersman en E. H. A. Guljé, voorzitter. Derde afdeeling uit de heeren l. j. Staal. B. C. van Dongen, J. Lijdsman, mr. P. Blof.marts, J. J. Nelissen, H. A. Sassen en W. G. H. Rombouts, voorzitter.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1897 | | pagina 223