24
16 Januari 1897.
Acht leden waren er voor, acht daartegen.
Vóór stemlcn de heeren Teychiné, HeijlaertsVan Dam
Bloemarts, Rees, Lijdsman, Mathon, Van Dongen en Rei
gersman.
Tegen waren de heeren IngenHousz. Rombouts, Scheltus,
Van Aken, Sassen, Matiion, Van Hal en de voorzitter.
Overeenkomstig het bepaalde hij art. 50 der gemeentewet,
wordt de beslissing tot eene volgende vergadering uitgesteld.
11. Adres van Hendrik Soffers, touwslager te Breda,
verzoekende aan hein voor den tijd van zes jaren voort te
verhuren den grond aan den Nassausingel, gebruikt wordende
voor lijnbaan, en zulks op de bestaande voorwaarden.
De voorzitter vraagt, of de raad bereid is de gevraagde
voortverhuring toe te staan.
Niemand hierover het woord verlangende, wordt
besloten aan H. Soffers te Breda onderhands voort
te verhuren voor den tijd van zes achtereenvolgende
jaren, ingaande '1 Februari 1897 en eindigende
alzoo 31 Januari 1903, eene strook gemeentegrond,
ten gebruike voor lijnbaan en gelegen te Breda
tusschen de dubbele rij boomenaan den Nassausingel,
aanvangende aan den zuidelijken hoek van het
militair oefeningsterrein achter de kazerne „de Lange
Stallen" en van dit punt af ter lengte van 250
meter den Singel bovengenoemd in noordoos
telijke richting volgende, voor de som van vijf en
twintig gidden 'sjaars en op de verder bestaande
voorwaarden.
12. Circulaire van burgemeester en wethouders der ge
meente Zutphen, d.d. 31 December 1896, n°. 431/5, houdende