23 October 1897. 283 6/xo kon verminderd worden, wanneer de gemeente de ge gevens bezat, die aan het rijk ten dienste staan bij de regeling van de aanslagen in de vermogens- en bedrijfs belastingen. Spreker onderschrijft dit gaarne op grond van eigen ervaring als gewezen lid der commissie van aanslag voor de bedrijfsbelasting, waarvoor hij zich indertijd, evenals wijlen de heer Oukoop, heeft teruggetrokken, omdat hem aan de eene zijde het zwijgen was opgelegd, terwijl hij van den anderen kant door zijn eed, als raadslid, gehouden is de belangen der gemeente te behartigen. De hoofdelijke omslag drukt hoofdzakelijk op die personen, die een vast inkomen hebben en waarvan het bedrag met juistheid kan worden nagegaan. Spreker geeft derhalve in overweging om met de heffing van opcenten te blijven voortgaan, doch deze niet hooger op te voeren dan tot 50, als zijnde in overeenstemming met den geest der wet. "Wel laat de wet afwijkingen toe, doch deze maken niet den regel. Wordt het restant gevonden door verhooging van den hoofdelijken omslag, dan zal de belastingdruk geëgaliseerd worden. De heer IngenHousz onderschrijft geenszins het argument van den heer Rombouts, als zou hoofdelijke omslag de slechtste en meest willekeurige belasting zijn, die er bestaat. Wanneer de vorige spreker had gezegd, dat dit met den hoofdelijken omslag te Breda het geval is, dan zou hij daarmede kunnen instemmen op grond van de tot dusver gevolgde wijze van belastingheffing. Doch dit systeem moet worden losgelaten en eene heffing met eigen aangifte worden ingevoerd. Spreker is ervan overtuigd, dat verschillende personen alsdan meer zullen moeten betalen. Wordt het voorstel van den heer Teychiné aangenomen, dan zou spreker in overweging willen geven, dat door burgemeester en wethouders een nieuw belasting-ontwerp tot heffing van een hoofdelijken omslag op den door hem beoogden grond slag aan den raad fer vaststelling werd aangeboden.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1897 | | pagina 283