43 November 1897. 315 geslagenen over hunnen aanslag en het uitbrengen daarover van advies aan den raad. Dit advies wordt niet uitgebracht dan na hem, die het bezwaarschrift heeft ingediend, in de gelegenheid te hebben gesteld zijne bezwaren mondeling toe te lichten of te doen toelichten. De leden onthouden zich in de gevallen, bedoeld bij art. 46 der gemeentewet, van het aanhooren der toelichtingen en van het geven van advies. De oproeping om voor de bovenbedof 1de commissie te ver schijnen geschiedt vanwege burgemeester en wethouders aan de woning van den aangeslagene, onder gesloten omslag. De oproeping bevat opgave van dag. uur en plaats van zitting der commissie. De leden van den raad, van het college van burgemeester en wethouders en alle gemeente-ambtenaren, die uit den aard van hunne betrekking daarvan kennis dragen, zijn ten opzichte van hetgeen bij het opmaken en het vaststellen der kohieren verhandeld is, tot geheimhouding verplicht. Art. 5. Het kohier vermeldt de namen en het bedrag van. den aanslag der belastingschuldigen en wordt verder ingericht volgens de voorschriften door gedeputeerde staten gegeven, naar volgorde van de straten en van de nummers der huizen, in overeenstemming met het bevolkingsregister. Art. 6. Het opmaken en vaststellen van bet kohier geschiedt naar de voorschriften van de artikelen 264266 der gemeentewet, zoo spoedig mogelijk na den aanvang van het dienstjaar. Art. 7. Burgemeester en wethouders stellen het kohier, nadat het door gedeputeerde staten is goedgekeurd, ter invordering in

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1897 | | pagina 315