•13 November 1897. 323 De heer Sassen zegt, dat volgens het voorgestelde artikel aan de commissie van bijstand meerdere werkzaamheden zijn opgedragen dan aan burgemeester en wethouders. De behandeling der reclames wordt geheel aan de commissie overgelaten, ofschoon spreker van meening is, dat dit de taak van beiden moet zijn. De heer Nelissen zegt, dat eene commissie van bijstand in het leven wordt geroepen en deze commissie alzoo met burgemeester en wethouders moet samenwerken, zoowel bij het opmaken van de kohieren, als in het onderzoek van reclames. De voorzitter verklaart zich bereid hiertoe de noodige redactiewijzigingen in het artikel aan te brengen. Behoudens voorbedoelde wijzigingen wordt het betrokken artikel goedgekeurd. De artikelen 5 tot en met 16 worden achtereenvolgens zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming goedgekeurd. Daarna wordt de geheele verordening in stemming gebracht en aangenomen met 15 tegen 4 stemmen. Yóór stemden de heeren Yan Hal, Bloemarts, Slecht- riem, Nelissen, Staal, Rees, Sassen, Lijdsman, Rombouts, Scheltus, Van Dongen, Reigersman, Verschraage, Witsen- borg en de voorzitter. Tegen waren de heeren Teycuiné, IngenHousz, Heijlaerts en Van Dam. Vervolgens brengt de voorzitter in behandeling eene ontwerp-verordening, regelende de samenstelling en den werkkring der commissie van bijstand bij het opmaken der kohieren van den hoofdelijken omslag en het onderzoek der bezwaarschriften, en luidende als volgt:

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1897 | | pagina 323