338 4 December 1897. B. VERORDENING op de invordering' van rechten van door of vanwege liet gemeentebestuur verstrekte diensten. Artikel 1. De betaling der rechten, voortspruitende uit het besluit, regelende de rechten van door of vanwege het gemeente bestuur verstrekte diensten, geschiedt, vóór het verrichten van het werk, ten kantore van den gemeente-ontvanger, bij begrooting door den gemeente-architect op te maken, be houdens latere verrekening. Art. 2. Bij gebreke van betaling geschiedt de invordering overeen komstig de bepalingen, vervat in de artikelen 258262 der gemeentewet. 6. Prae-advies van burgemeester en wethouders alhier op het adres van I.. C. Kloppers, ontheffing verzoekende van de verbodsbepaling, gesteld bij artikel 4 der verordening, regelende de bouwpolitie in deze gemeente, en luidende als volgt »In uwe vergadering van 13 November j.l. werd om prae- sadvies in onze handen gesteld een adres van Laurens sCornelis Kloppers, timmerman, te Breda, te kennen gevende, sdat hij voornemens is te bouwen op het perceel gelegen »aan den Nijverheidssingel alhier, kadastraal bekend sectie »A, n°. 4966. doch dat, bij nadere overweging, het hem »wenschelijker voorkomt de voorgevels van de te stichten s huizen op een afstand van 5 meter uit de scheiding van »het daarnaast gelegen perceel sectie A, n°. 4965, op te strekken. sVolgens art. 4 der verordening regelende de bouwpoliti

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1897 | | pagina 338