4 December 1897.
kadastraal bekend gemeente Breda, sectie A,
n°. 1780, voor eene som van honderd vijf en
dertig gulden.
Een en ander onder de volgende voorwaarden
dat de door de koopers sub a, h en c in eigen
dom verkregen gronden ten behoeve der ge
meente Breda worden belast met de erfdienst
baarheid van waterleiding, door middel van
ondergrondsche riolen en dat de koopers of
hunne rechtverkrijgenden alle ontgravingen
moeten gedoogen, welke eventueel van gemeente
wege voor herstelling dier riolen noodig zijn
zonder daaromtrent eenige aanspraak op schade
loosstelling te kunnen doen gelden, ook al
moeten daartoe de eventueel op den verkochten
grond gestichte gebouwen worden wegge
broken
dat door de koopers of hunne 1 echtverkrij-
genden op den gekochten grond geene woningen,
bergplaatsen van lompen, beenderen of andere
voor de volksgezondheid schadelijke stoffen
mogen worden opgericht
dat, indien de fabrieksgebouwen sectie A,
n°s. 4792 en 1780, grenzende aan den door de
koopers sub c en d gekochten gemeentegrond,
tot woningen mochten worden verbouwd of
ingericht en daartoe uitbreiding op den ge
kochten grond mocht noodig zijn, twee-derde
der breedte van dien grond onbebouwd moet
blijven als open erf achter die woningen;
dat indien de kooper sub d of zijne rechtver
krijgenden het gekochte, op de scheiding aan
de noordzijde, hetzij door een muur, hetzij door
een houten schutting of heining wenscht af te
sluiten, de kosten van plaatsing en onderhoud
te zijnen laste komen
