344
4 December 1897.
dat de kooper sub d, zoo voor zich als voor
zijne rechtverkrijgenden, zich verbindt om de
houten schutting, welke aan de oostzijde van
het gekochte tot afscheiding met den openbaren
weg vanwege de gemeente is geplaatst, voort
durend te onderhouden, ofwel door een steenen
muur te doen vervangen, behoorende die
schutting aan de straatzijde zoo dikwijls te
worden geverfd als dit, vanwege de gemeente,
met de daarnaast hangende poort zal geschieden,
en moeten alsdan dezelfde kleuren worden ge
bezigd
dat, wanneer de koopers of hunne rechtver
krijgenden aan een der hiervoor gestelde voor
waarden niet mochten voldoen, zij, na op hunne
kosten in gebreke te zijn gesteld, voor eiken
dag verzuim eene boete zullen verbeuren van
een gulden, ten behoeve der gemeente Breda;
dat de betaling der koopsom zal geschieden
bij de onderteekening der koopakte ten kantore
en tegen kwitantie van den gemeente-ontvanger;
dat de kosten van zegel, leges, registratie,
overschrijving in de openbare registers en alle
andere op deze verkooping vallende, ten laste
zijn der koopers.
Wordende tevens besloten, dat de gemeente
grond van de gedempte Gampel overigens niet
zal worden verkocht of verhuurd dan aan
eigenaren van de aan de noordioestzijde van
de straat »de Achterom" gelegen perceelen.
De heer Rombouts wenscht geacht te worden niet tot dit
besluit te hebben medegewerkt.
9. Adres in dato 20 November 4897 van de heeren F.
W. G, Kemmann, A. F. de Wolff en F. Boogaard, bewoners
