18 December 1897.
393
d. de commissie tot het ontwerpen der strafverordeningen.
Achtereenvolgens worden gekozen:
1°. de heer mr. M. P. M. van Dam met 15 stemmen,
terwijl 1 briefje in blanco was ingeleverd.
2°. de heer mr. P. Bloemarts met 15 stemmen, tegen
1 stem op den lieer Reigersman.
3°. de heer mr. W. IngenHousz met 14 stemmen, tegen
2 stemmen op den heer Rees.
De voorzitter dankt heeren stemopnemers voor het
door hen als zoodanig verrichte.
21. Schrijven van het burgerlijk armbestuur te Breda,
d.d. 13 December '1897, n°. 53, daarbij machtiging verzoe
kende om de begrooting dier instelling voor het dienstjaar
1897 te wijzigen als volgt:
af te schrijven van:
hoofdst. II, art. 1 der uitgaven (onderhoud gebouwen) f 40,
IV, afd. I, art 2 (bedeeling in brood) - 50,
IV, II, j> 1 (kostgelden voor beste
delingen) - 410,
ƒ500,
over te schrijven op:
hoofdstuk IV, afd. I, art. 1 der uitgaven (bedeeling
jn geld) f 500,
te verhoogen met f 14,85
hoofdstuk II, art. 2c der ontvangsten (Interest van inschrij
vingen grootboek)
en
