A. Ingekomen stukken. 16 Januari 1897. 5 De voorzitter deelt mededat is ingekomen een schrijven van den heer Versciiraage, houdende kennisgeving, dat hij wegens ambtsbezigheden verhinderd is de vergade ring van heden bij te wonen. De voorzitter zegtdat de notulen van het verhan delde in de vergadering van 19 December 1896, overeenkomstig liet bepaalde bij artikel 8 van het reglement van orde voor den gemeenteraad, ter inzage voor de leden hebben gelegen en hun bovendien in afdruk zijn toegezonden en vraagt of iemand der leden alsnog voorlezing daarvan verlangt of eenige be merkingen daartegen in het midden heeft te brengen. Dit niet het geval zijndeworden de notulen van voormelde vergadering goedgekeurd en vastgesteld. Vervolgens stelt de voorzitter aan de orde 1. Besluit van de gedeputeerde staten van Noord-Brabant in dato 30 December 1896, G, n° 5, 2de afdeeling, 3de bureauhoudende goedkeuring van het raadsbesluit tot wijzi ging der gemeente-begrooting voor het dienstjaar 1896 door verhooging van hoofdstuk IV, art. 4b, der ontvangsten (in te houden bijdragen op de jaarwedden, enz. der leeraren van het gymnasium ten behoeve van het weduwen- en wee- zenfonds) met een bedrag van f 40,— en door verhooging met gelijk bedrag van hoofdstuk VI, afd. I, art. ilf, der uitgaven (overstorting dier bijdragen). De voorzitter stelt voor dit besluit voor kennisgeving aan te nemen. Waartoe besloten wordt. 2. Schrijven in dato 28 December 1896 van den heer dr. JD. li. Scheffer houdende mededeeling onder dank betuiging voor het in hem gestelde vertrouwen dat hij

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1897 | | pagina 5