12 Maart 1898.
101
moeten gedoogen, zonder daaromtrent eenige aan
spraak op schadeloosstelling te kunnen doen gelden,
ook al moeten daartoe de eventueel op den ge-
kochten grond gestichte gebouwen worden wegge
broken
dat door de koopers of hunne rechtverkrijgenden
op den gekochten grond geene achterwoningen of
bergplaatsen van lompen, beenderen of andere voor
de gezondheid schadelijke stoffen mogen worden
opgericht
dat, wanneer de koopers of hunne rechtverkrij
genden aan de laatstbedoelde voorwaarden niet
mochten voldoen, zij, na op hunne kosten in ge
breke te zijn gesteld, voor eiken dag verzuim eene
boete verbeuren van één gulden, ten behoeve der
gemeente
dat de betaling dei' koopsom zal geschieden bij
de onderteekening der akte ten kantore en tegen
kwitantie van den gemeente-ontvangeren
dat de kosten van zegels, leges, registratie, over
schrijving in de openbare registers en alle andere,
op deze verkooping vallende, ten laste zijn der
koopers.
14. Adressen van C. C. van Dongen, J. Hinten en F.
Fokkema te Breda, ieder voor zich in koop verzoekende een
stuk gemeentegrond van de gedempte Gampel.
Bij deze adressen zijn gevoegd de ontwerp-akten, behel
zende de voorwaarden, die burgemeester en wethouders aan
den eventueelen verkoop van grond aan C. C. van Dongen
en J. Hinten voornoemd wenschen te verbinden, alsmede
eene memorie van toelichting betrekkelijk dien verkoop en
strekkende tevens tot afwijzende beschikking op het verzoek
van F. Fokkema.
De voorzitter vraagt, of de raad zich met het betrok
ken voorstel kan vereenigen.