136 7 Mei 1898. »de noodige onderhandelingen aan te knoopen, en zal daarna »aan uwe vergadering een uitgewerkt plan ter goedkeuring worden aangeboden. Dat plan zal bevatten de uitgestrekt sheid van den te verkoopen grond, den koopprijs en verder salie zulke voorwaarden als strekken kunnen om het na- skomen van de bedoeling van uw besluit te verzekeren. sWij voegen weder hierbij alle laatstelijk te dezer zake aan sU gezonden stukken, benevens het adres van de weduwe sWagelmans, waarvan in dit geschrift sprake is". De voorzitter stelt deze zaak aan de orde. De heer Heijlaerts vraagt of. in verband met de nieuwe rooilijn in de Fellenoordstraat, reeds aanvragen om koop van grond zijn ingekomen voor verderop gelegen panden. De voorzitter antwoordt hierop bevestigend. De heer Sassen vraagt, of dezelfde voorrechten, om den grond gedurende tien jaren onbebouwd te laten, zooals thans wordt voorgesteld met betrekking tot den verkoop aan mejuffrouw Wagelmans, ook zullen gelden voor andere per- ceelen langs de nieuwe rooilijn. De voorzitter zegt, dat bij andere aanvragen telkens nieuwe voorwaarden zullen worden bedongen en in deze naar omstandigheden zal worden gehandeld. Niemand hierover nog het woord verlangende, wordt besloten overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders. 14. Adressen van 13. J. L. Mol en J. M. Marijnen te Breda, laatstgenoemde zoo voor zich als ten behoeve der mede-eigenaren van de perceelen, kadastraal bekend gemeente Breda, sectie A, n«s. 4305, 1306, 1307, 1308 en 1309, in koop verzoekende een gedeelte van den door demping van

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1898 | | pagina 136