250 17 September 1898. bij de aanvaarding der regeering op 31 Augustus 1.1., en aan Hare Majesteit de Koningin-Moeder, bij de aftreding als Regentes van het Koninkrijk op genoemden datum. De voorzitter, van zijn zetel opgestaan, houdt onge veer de volgende toespraak: «De 31ste Augustus 1.1. is zeer zeker voor Nederland «maar niet minder voor Breda, een dag geweest, die met «gouden letteren in het boek onzer geschiedenis zal worden »opgeteekend. Op dien dag toch heeft Koningin Wilhelmina »de regeering aanvaard en den troon Harer voorvaderen «bestegen. «Krachtens besluit van den raad is aan Hare Majesteit «de Koningin een adres van hulde aangeboden, terwijl bur- sgemeester en wethouders, namens den raad, aan Hare «Majesteit de Koningin-Moeder in een gelijk adres dank «hebben gebracht voor de verheven wijze, waarop Hoogst- «dezelve de taak als Moeder en als Regentes heeft weten te «vervullen. «Op die adressen zijn de volgende antwoorden ingekomen a. «Aan den raad der gemeente Breda. «Ingevolge de bevelen van Hare Majesteit de Koningin «heb ik de eer U de betuiging van Harer Majesteits «erkentelijkheid over te brengen voor de bij uw «schrijven van den 31. Augustus 1898 aan Hoogstdezelve «betoonde gevoelens van trouw en gehechtheid, ter «gelegenheid van de aanvaarding van Harer Majesteits «regeering. De directeur van het Kabinet der Koningin, «Bij afwezen, De secretaris, (geteekend) Vegelin. b. «Guljé, burgemeester, Breda. Hare Majesteit draagt «mij op U, den gemeenteraad en ingezetenen te danken «voor aangeboden hulde. Adjudant Van Tuijll. c. «Aan den gemeenteraad, Breda. Hare Majesteit de «Koningin-Moeder zegt Uwen raad dank voor het «aangeboden schrijven van hulde. De Intendant van «Hdz. huis, De Ranitz.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1898 | | pagina 250